1941 —– 3 juni dinsdag.
Van Houtum: Op de Asselsestraat ontstaat tussen enige Duitsers en Nederlanders een gevecht. Daarbij moet een mof zwaar gewond naar het ziekenhuis worden overgebracht. De verklaringen over het gevecht lopen zeer uiteen. Een jongeman zit op een hek. Daar tegen staat zijn fiets. Enige naderende Duitsers met ´Nederlandse´ meisjes willen achter op het trottoir ruim baan hebben en eisen dat de jongeman zijn fiets verplaatst. Hij doet het niet en krijgt van de Duitsers een klap onder zijn kaak. De jongeman slaat deze Duitser bewusteloos en twee andere soldaten met een boksbeugel half dood. Hij weet te ontsnappen. Eén van de meiden kent hem en geeft aan de politie zijn naam en adres door. De inmiddels gewaarschuwde Nederlandse politie zet een wacht voor de woning van de jongen. Zijn ouders en enige toeschouwers van het gevecht moeten mee naar het politiebureau. De jongeman meldt zich later aan om te voorkomen dat zijn ouders voor hem worden gevangen gehouden. Deze jongen zal wel doodgemarteld worden in één of ander kamp. Dit is jammer. De meiden die met die moffen liepen verdienen een langzame en pijnlijke doodstraf.
1941 —– 4 juni woensdag.
Van Houtum: Seyss-Inquart vaardigt een nieuwe jodenverordening uit. Het is voor joden verboden publiekelijk te baden in zee of zweminrichtingen, het betreden van publiekelijke plantsoenen en lokalen, het huren van publiekelijke logeergelegenheden en het bezoeken van de paardenrennen als toeschouwer. Handelingen in strijd met deze bepalingen worden met zes maanden of 1000 gulden gestraft.
1941 —– 5 juni donderdag.
Van Houtum: Op alle openbare gebouwen waar de jeugd zich veel ophoudt (onder andere de Christelijke HBS) en op alle aanplakborden bevestigen gemeentearbeiders een officiële bekendmaking. Deze houdt in dat alle jongemannen, geboren na januari 1920 en voor 31 december 1927, zich tussen 21 uur en 6 uur ‘s morgens niet op de openbare weg mogen komen. Onder het centrum wordt ongeveer verstaan alles wat zich binnen 2 1/2 km van het Gemeentehuis in Apeldoorn bevindt. Deze bekendmaking is een gevolg van de ongeregeldheden op dinsdag 3 juni. Deze maatregel geldt voorlopig tot 4 juli 1941. De meisjes vallen niet onder deze bepaling anders zouden de Duitse soldaten niet langer met een landverraadster uit kunnen gaan. De moffen zouden in opstand kunnen komen. ‘s Middags fotografeert een Duitse soldaat tot tweemaal toe de fabriek. Een ander maakt nauwkeurig aantekeningen. Na 21 uur patrouilleren veel Duitse soldaten en leden van de Groene Politie in de straten van Apeldoorn. Zij arresteren 21 jongens die thuis behoorden te blijven. Eerst wordt de overtreder met een gummistok tegen de grond geslagen daarna moet hij in looppas tussen twee fietsende agenten naar het politiebureau. Alle jongens moeten daar tot ‘s morgens 6 uur schoenen poetsen en aardappels schillen. Een man die de Duitse soldaten bij het station uitlacht moet als straf in looppas naar de kazerne.
1941 —– 6 juni vrijdag.
Van Houtum: ‘s Morgens halen we naast andere distributiekaarten een kolenkaart voor de aanstaande winter op aan de Openbare School. De bekendmaking voor jongemannen tussen de 14 en 21 jaar wordt gewijzigd. Nu mag geen enkele jongen tussen de 14 en 21 jaar, waar hij ook woont, zich in het centrum van Apeldoorn bevinden tussen de vastgestelde tijden.
1941 —– 7 juni zaterdag.
Van Houtum: ‘s Avonds na 21 uur vinden er weer grote onlusten in Apeldoorn plaats. Duitse soldaten patrouilleren in viertallen over de Hoofdstraat. Zij schijnen strenge orders te hebben gekregen. Men mag niet stilstaan, geen handen in de zak steken enz. De Duitse soldaten zijn door het dolle heen. Een jongen, die niet snel genoeg zijn hand uit de zak haalt, wordt eerst tegen de grond geslagen. Daarna wordt hij door een winkelruit gegooid en vervolgens met zijn bebloede hoofd vrijgelaten. Bij een achtervolging van twee jongens op de Asselsestraat weten deze naast een bakkerij in een tuin te vluchten en te ontsnappen. De bakker niet wetende wat er om zijn huis gebeurt, gaat op straat kijken. Hij wordt onmiddellijk door twee Duitsers tegen de grond geslagen. Een knecht overkomt hetzelfde lot. De Duitse soldaten zijn redeloos. Nu de twee jongens ontsnapt zijn wreken zij hun woede op onschuldige burgers. Dat is de nieuwe orde!
1941 —– 8 juni zondag.
Van Houtum: ‘s Avonds is het in Apeldoorn na 21 uur vrij rustig. De politie treedt alleen actief op. De Duitse soldaten moeten zelfs van de Hoofdstraat. Alle moffen die gisterenavond handtastelijk zijn opgetreden zouden streng gestraft worden(?). Twee Duitse soldaten, die vanuit Apeldoorn naar Hoenderloo onderweg zijn, houden op de Ugchelse Berg stil. Ze vragen alle aanwezige jongens (ongeveer tien) naar hun stamkaarten, het voorlopige identiteitsbewijs. De soldaten zijn erg dronken zodat het geen wonder is dat zij buiten het centrum controleren. Twee namen worden opgeschreven. De soldaten zijn zo wit als een doek en staan tijdens de controle te beven. Zij schijnen bang te zijn voor deze Nederlandse meerderheid zonder wapens.
1941 —– 9 juni maandag.
Van Houtum: De overheid geeft ons een extra rantsoen suiker. De hoeveelheid per bon blijft gelijk, maar één bon is twee weken in plaats van vier weken geldig. Het rantsoen bedroeg eerst één kilogram per maand.
1941 —– 10 juni dinsdag.
Van Houtum: De loco-burgemeester van Apeldoorn waarschuwt de bevolking in het centrum tegen scherpere Duitse represaillemaatregelen. Dit naar aanleiding van de vele opstootjes van de laatste dagen in de rustige gemeente Apeldoorn. Wij moeten ons kalm gedragen en een loyale houding tegenover de bezetter aannemen. Wij moeten dus kalm toezien hoe gemeen de Duitsers onschuldigen straffen. Van deze waarschuwing mag schijnbaar niets uitlekken naar andere gemeenten want de NAC heeft deze waarschuwing niet geplaatst.
BURGEMEESTER. Ontslag van de burgemeester Quarles van Ufford door de Duitse bezetter.
1941 —– 11 juni woensdag.
Van Houtum: Al het grasland in de provincie Gelderland moet bij de plaatselijke notaris worden opgegeven. Alle landeigenaren moeten het overbodige gras leveren wanneer zij per stuks grootvee over meer dan 65 are beschikken. In Zutphen staat een dame, wonende in Apeldoorn, terecht wegens de beschuldiging van het luisteren naar de Engelse zender en het verspreiden van anti-Duitse geruchten. Deze dame is verraden door een dienstbode die een halfjaar geleden haar ontslag heeft genomen. Zij sloot zich intussen bij de NSB aan en werd verliefd op een Duitse soldaat. Zij beschouwde het als haar plicht haar oude mevrouw aan te klagen. Van haar heeft zij zelf indertijd veel gedichten overgeschreven en met wie zij naar de Engelse zender luisterde. De dame ontkent alle beschuldigingen. De dienstbode valt haar voortdurend in de rede met vloeken en andere zware taal. Uit dit proces blijkt voldoende uit welke elementen de NSB bestaat.
1941 —– 12 juni donderdag.
Van Houtum: Een week geleden werd door de agent D., een NSB-inspecteur en een politieagent huiszoeking gedaan. De berichten waren zeer verwarrend en eerst nu horen we het juiste verloop van de huiszoeking. Op vrijdagavond slachtte één van Apeldoorns grootste clandestiene slachters een varken. Om zes uur waarschuwt een ´goede´ agent dat D. twee uur later bij hem een inval zou doen. Alles werd snel verstopt. D. verscheen precies om acht uur. Hij vond alleen maar enige darmen in het kippenhok. Door verraad wist de NSB-er echter dat er een varken werd geslacht. Hij vraagt dan ook bij wie de slager het varken heeft gekocht. D. krijgt prompt het antwoord ´Van dezelfde boer, van wie jij D. aardappels hebt gesmokkeld.´ De NSB-er wist niet hoe hij kijken moest en antwoordde bedeesd ´Het zal wel met een sisser aflopen.´ Spoedig daarna vertrokken de agenten.
1941 —– 13 juni vrijdag.
Van Houtum: Van middernacht tot ruim vier uur passeren vele vliegtuigen. Om twee uur horen wij een zware bomontploffing. Tegelijkertijd passeert er een trein in het Willemsbos. De bom is op 500 meter van de kazernes in het Orderbos gevallen. ‘s Morgens ga ik naar de bomkrater kijken. Deze is op een heuvel en ongeveer één meter diep en drie meter breed. Alle bomen binnen 20 meter zijn vernield en tot een afstand van 200 meter komen nog beschadigde bomen voor. Het schijnt één van de grootste Engelse bommen met de nieuwe springstof te zijn. De scherven die gevonden worden zijn hoogstens acht cm lang en twee à drie cm dik. Vele burgers zagen de vernielde bomen in stukken om nog een hoeveelheid brandhout te kunnen meenemen voordat de boswachter komt. ‘s Middags komt de Ortskommandant kijken. Na zijn bezoek mag niemand meer in de buurt van de bomkrater komen wegens het grote gevaar van nog voortdurend afknappende bomen. ‘s Avonds valt nog een boom van 40 cm dikte om. De Duitsers heffen het dansverbod op en tot nader orde mag men op woensdag, zaterdag en zondag weer dansen. In de onlangs afgekondigde kolenbeschikking komt verandering. Er zullen extra kolen voor vrijstaande huizen worden toegewezen.
1941 —– 14 juni zaterdag.
Van Houtum: Alle boseigenaren moeten opnieuw hout leveren. Het zou uitsluitend voor de mijnen in Limburg zijn bestemd (?). Volgens geruchten zou Nederland binnenkort een miljoen konijnen aan Duitsland moeten leveren. Deze dieren zijn zeker nodig om een tunnel van Frankrijk naar Engeland te graven. In de kranten van de laatste dagen staan verschillende artikelen, waarin men wordt aangeraden konijnen aan te schaffen voor de eigen vleesvoorziening. In het ochtendblad staat bovendien een stuk over het houden van bijen. Wij moeten misschien ook wel in het najaar honing leveren. De Duitsers nemen op de veiling in Apeldoorn alle aardbeien (800 pond) en slabonen in beslag. Burgers kunnen bijna geen aardbeien krijgen. De zwarte prijzen variëren van 0.60 tot 1,20 gulden per pond. Alle handelaren in oud ijzer moeten binnen een vastgestelde tijd samen 2.000 ton gietijzer leveren. Zij zouden een kleine hoeveelheid ander ijzer daarvoor terugkrijgen.
1941 —– 15 juni zondag.
Van Houtum: In de krant staan een groot aantal nieuwe distributiemaatregelen. Bij de volgende uitreiking van distributiekaarten zullen deze niet apart maar in bonboekjes (één persoon) worden uitgedeeld. In deze boekjes bevinden zich onder andere brood- en vleeskaarten en een algemene kaart. Vanaf 16 juni aanstaande worden de gebakrantsoenen gewijzigd. Na 23 juni aanstaande bedraagt het aardappelrantsoen twee kilo (nu 1 1/2 kilo). Dit werd ook hoog tijd want in Duitsland zijn de aardappels zonder bon verkrijgbaar. De Secretaris Generaal van de Volksvoorlichting, dr. Goedewagen, opent in Vaassen het zomerkamp voor journalisten op kasteel De Cannenburgh. De hele dag passeren tientallen goederentreinen in beide richtingen Apeldoorn.
1941 —– 16 juni maandag.
Van Houtum: Wij horen de hele nacht vliegtuiggeronk en zo nu en dan het inslaan van bommen. Twee vallen er om 1.30 uur vrij dichtbij. Op het vliegveld Deelen vallen negen bommen die twee startbanen vernielen. In de Harskamp zouden ook bommen zijn gevallen. In Apeldoorn is op enkele punten luchtalarm. Er gaan geruchten dat de kazernes zijn gebombardeerd. De politie(?) zou er alles afgezet hebben. ‘s Morgens fiets ik er langs maar van enige vernieling of afzetting is niets te merken. ‘s Middags ga ik de bomkraters van bovengenoemde twee bommen zoeken. Ik volg nauwkeurig de richting waarin deze volgens de nachtwacht zijn gevallen. Tenslotte rij ik de Nassauweg in Spelderholt in. Daar zie ik een grote ravage. Er zijn nog weinig mensen geweest. De kraters zijn moeilijk te vinden door de vele afgeknapte eiken- en dennenbomen die erover liggen. Bij de geringste windstoot vallen nog bomen om. Scherven zijn er bijna niet te vinden, alleen stukken van de vleugels. Op één staat duidelijk het gewicht en ander kenmerken. Hieruit is op te maken dat de bom 250 kilo weegt en van Engelse oorsprong is. De politie beweert echter dat het twee brandbommen van 75 kilo zijn. Dit is grote dwaasheid. Er komen nog enige burgers naar de verwoestingen (150 meter in omtrek) kijken. Het is tamelijk afgelegen zodat de politie het terrein niet afzet. ‘s Avonds om 10 uur drijven zes wolkjes van afweergeschut langs de heldere hemel. Menigeen denkt al aan de zolang verwachte Engelse parachutisten.
1941 —– 17 juni dinsdag.
POLITIE. In opdracht van de dienstdoende majoor is de politie naar het kringhuis van de NSB geweest. Daar zou lawaai gemaakt worden. De bewoner van het pompstation naast het kringhuis had een ziek kind. Dat had daar last van. Het bleek dat achter het kringhuis werd gemarcheerd waarbij commando’s werden gegeven. De leider daarvan is met een en ander in kennis gesteld. Hij verklaarde er rekening mee te zullen houden.
1941 —– 18 juni woensdag.
Van Houtum: Het verordeningenblad nr.25 bevat zeven nieuwe bepalingen. De voornaamste is een verplichte inlevering van enige metalen. Alle publiekrechtelijke lichamen, eigenaars, bezitters en houders (bijvoorbeeld huurder, expediteur) moeten voorwerpen, geheel of gedeeltelijk bestaande uit koper, nikkel, tin of lood inleveren als deze voorwerpen geen grote volkswaarde bezitten of niet geregeld gebruikt worden. Dit geldt ook voor Rijksduitsers en NSB-ers. De inlevering moet uiterlijk op 10 augustus 1941 bij de plaatselijke inleveringbureaus zijn gebeurd. Als hij dat verlangt ontvangt de tot inlevering verplichte persoon van het Rijk der Nederlanden de metaalwaarde van het ingeleverde voorwerp vergoed. Met andere woorden, we moeten het eigenlijk gratis aan de bezettende mogendheden geven. In geval van uitbetaling betaalt Duitsland weer niets en Nederland alles. Een tweede verordening verbiedt het roken in bossen en op heide- en veengronden tussen 1 maart en 1 november en op het roken in licht ontvlambare gebouwen. Dit is één van de schaarse Duitse maatregelen die ook werkelijk nuttig zijn.
Bloem: Op het Gietelse Broek staan nog wel een dertiental gecamoufleerde barakken onder één dak van gaas en her en der bespoten met een groene vloeistof.
1941 —– 19 juni donderdag.
Van Houtum: Seyss-Inquart geeft de Commissaris van Politie in Apeldoorn (Mr. Van Barrelo) eervol ontslag.
1941 —– 20 juni vrijdag.
Van Houtum: De Distributiedienst reikt geen toewijzingen uit aan hen die wegens een aardappelvoorraad geen aardappelkaarten hebben aangevraagd en die nu hun voorraad verbruikt hebben. Door de opzettelijke vertraging bij de uitreiking van de persoonsbewijzen door de burgers (bijvoorbeeld slechte foto, verzuim enzovoort) moeten alle overtreders een boete betalen.
1941 —– 21 juni zaterdag.
Van Houtum: Gedurende de laatste vijf dagen vervoeren vele Duitse vrachtauto’s puin naar Hoog Soeren. Waar het puin vandaan komt is onbekend. De zware Diesels komen uit de richting Hoenderloo. De Duitsers zijn van plan in het Kroondomein bij Hoog Soeren grote munitieopslagplaatsen aan te leggen. Het puin dient voor nieuwe wegen.
1941 —– 22 juni zondag.
Bloem: In de week van 15-6 tot 22-6 zijn in de nacht bommen gevallen bij Jan de Moor. Geen mens en dier zijn er het slachtoffer van. Er was slechts enige materiële schade. De kazerne bij Apeldoorn is bewerkt met een bom. Er is alleen een opslagplaats getroffen naar men zegt. Ook in dezelfde week is in Barneveld, naar men zegt, een school getroffen. Daarin lag de Duitse weermacht. Van getroffenen is niets bekend. Ook in diezelfde tijd zouden op het Deelerwoud de startbanen vernield zijn.Economie: éénjarige veulens werden verkocht. In twee gevallen voor f 800,- en f 940,-, eieren 11 cent, nuchter vaarskalf voor f 45,-, biggen van 50 pond voor f 20,- , neurende koeien circa f 500,-. Een goed jong werkpaard om en nabij f 2.000,-. Aan fietsbanden is een groot gebrek, f 15,- voor banden, zonder bon. Geschatte grondprijzen voor grond aan de Knibbelallee f 2800,- zonder bijkosten van de notaris. De smokkelhandel in varkens, eieren, koeien enzovoort teelt wierig.
1941 —– 23 juni maandag.
Van Houtum: Volgens onbevestigde berichten vermoordt een inwoner uit Beekbergen in Apeldoorn Noord een NSB-er. Een ander bericht meldt dat Krijgsman is vrijgesproken door bemiddeling van een Rijksduitser. Krijgsman sloeg uit zelfverdediging op 3 juni een Duitse soldaat bewusteloos en viel een ander met een boksbeugel aan.
1941 —– 24 juni dinsdag.
Van Houtum: Alle stadstuintjes in Nederland moeten worden geregistreerd. De opbrengst zal later wel in beslag worden genomen. Onze Dieselvrachtauto is omgebouwd voor houtgas. De wagen moet vandaag een vracht naar Zeist brengen. In het begin gaat het goed maar bij Terschuur slaat de motor af bij het vullen van de generator. Eerst na vier uur loopt hij weer. Een kilometer voorbij station Amersfoort brandt een rubberring door. Daardoor ontsnapt het gas en de motor slaat opnieuw af. Terwijl mijn neef en ik aan de kant van de weg zitten te wachten op een monteur stopt voor ons een Opel met een Duitse kapitein en twee soldaten. De officier doet alsof hij een weg vraagt. Arnold loopt naar hem toe maar deze moet ´ophoepelen´. De kapitein moet mij hebben omdat ik op de bank ben blijven zitten. Ik weet de straat evenmin en moet in de auto stappen. Tijdens het rijden vraagt de officier mij naar allerlei straten die ik natuurlijk niet weet. Tenslotte vraagt hij me naar het station. Ik moet de ligging nauwkeurig opgeven en mag eerst daarna uitstappen. Het leek me een steekproef of de Nederlandse bevolking wel snel en vriendelijk genoeg op de bevelen van de bezetter reageerde. Ik moet 700 meter lopen om weer bij de vrachtauto te komen. Mijn neef en de chauffeur geloven hun ogen niet dat ik daar weer vrij kom aanwandelen. Zij waren van plan de arrestatie bij de Amersfoortse politie op te geven en daar mijn stamkaart (identiteitsbewijs) die ik in de auto had laten liggen af te geven. Na dit oponthoud verloopt de tocht goed. Onderweg passeren we nog vele auto’s met houtenvliegtuigen. Langs het vliegveld Soesterberg staan overal nieuwe hangars als heuvels gecamoufleerd. Onder de ANWB-borden van Soesterberg, Woudenberg en Renswoude staan bordjes met de woorden ´joden niet gewenst´.
1941 —– 26 juni donderdag.
Van Houtum: In Nederland wordt het dansen opnieuw verboden. Op het Ugchelse kerkhof Heidehof vindt een bijzondere plechtigheid plaats. Om 2.30 uur wordt het stoffelijk overschot van C. Brouwer bijgezet. Hij diende in het Nederlandse leger en is in de oorlogsdagen van mei 1940 aan zijn verwondingen in een ziekenhuis gestorven. Zijn lijk werd met anderen (veelal verminkt, maar apart gekist) in een graf op een vreemdelingenkerkhof in Tiel begraven. Hij is de enige gesneuvelde uit Ugchelen en zodoende vatte het bestuur van ´Ugchelens Belang´ het initiatief hem als eerste op Heidehof te begraven. Dit kon niet want in het voorjaar (opening kerkhof) mochten er nog geen stoffelijke overblijfselen van Nederlandse soldaten van het ene naar het andere graf worden overgebracht. Door toedoen van de Gelderse Vrouwenvereniging kon het lijk, ook uit financieel oogpunt, vervoerd worden. Hoewel deze plechtigheid alleen in het bijzijn van de familie mag plaatsvinden zijn toch honderden inwoners van Ugchelen aanwezig.
1941 —– 27 juni vrijdag.
POLITIE. Om 12.30 uur werd door Polak aan de Stationsstraat telefonisch kennisgegeven dat er een aantal personen voor zijn deur stonden. Wat zij deden was hem niet bekend. Twee agenten van politie, die ter assistentie waren, rapporteren bij terugkomst dat een zekere M. van de Ortskommandant een schriftelijk bewijs had dat hij zich met nog tien andere personen tussen 24 en 4 uur op straat mocht komen. Volgens de agenten zouden deze personen bij de joden papieren aanplakken met het opschrift ´Hier heerst de Engelse ziekte´. Hoewel dit aanplakken niet door hen was geconstateerd hadden zij die biljetten zien zitten bij Polak en Weijl aan de Stationsstraat. Een afzonderlijk rapport wordt aan de Inspecteur van Politie overgelegd.
1941 —– 28 juni zaterdag.
Van Houtum: In de afgelopen nacht tussen 0 en 4 uur hebben NSB-ers de moed, let wel de moed (zij staan onder politiebescherming en niemand mag zich in die uren op straat begeven) op alle winkelramen en muren biljetten te plakken. Deze moeten een anti-Russische stemming veroorzaken. Alle aanplakborden zitten vol met biljetten waarop staat dat de Nederlander moet kiezen tussen het nationaal-socialisme en het communisme. Op vele winkelramen staat ´Hier heerst de Engelse ziekte´. Een echte Nederlander schrijft op een ruit ´Dit is beter dan de moffenpest´. Het plakmiddel is zo goed dat de meeste winkeliers bijna de hele morgen nodig hebben deze onsociale plakkaten van hun ramen te verwijderen. Veel ruiten zijn ook ontsierd met voorwereldlijke figuren zoals hakenkruis en wolfsangel.
1941 —– 29 juni zondag.
Van Houtum: De NSB-ers bekladden opnieuw de Synagoge van Apeldoorn. Te midden van slecht geschilderde hakenkruisen (dikwijls omgekeerd) en wolfangels staat ´Juda kan verrekken, Hitler is gekomen. Weg met de joden´. Op de stoep staat ´Hier is de zwijnenstal´. In het ochtendblad staat een nieuwe vaststelling van zuivelprijzen. Boter kost nu 2,60 gulden per kilo (voorheen 2,34) en melk 0,18 gulden per liter (voorheen 0,15). Vele Nederlanders dragen weer een witte anjer. De NSB-ers gaan als bloedhonden op deze bloemen af en trekken deze bij de mensen van de kleren. ‘s Middags grijpt ook de politie van Apeldoorn in. Alle mensen die een witte anjer dragen moeten deze afdoen en de politie neemt hen de stamkaart af. Deze kunnen zij de volgende dag bij het politiebureau afhalen. Een enkeling bevestigt een scheermesje achter zijn anjer.
1941 —– 30 juni maandag.
Van Houtum: De Duitsers nemen ‘s morgens alle vooraanstaande leden van de Anti Revolutionaire Partij in Nederland gevangen. Onder de 600 gevangenen bevinden zich dr. Colijn en de loco-burgemeester van Apeldoorn, Gosker. De rantsoenen voor gas en elektra worden met 25% van de overeenkomstige periode van 1940 verminderd. De eisen voor het verkrijgen van rijwielbanden worden verscherpt. Wie trein, tram of bus kan nemen en vijf kilometer van zijn werkplek woont, krijgt nog geen bon. De afstand die personen dagelijks moet afleggen om een bon te krijgen wordt van 15 tot 20 kilometer verhoogd. Alle aanvragen voor 1 juni, die nog niet zijn ingewilligd, zijn ongeldig. De politie in Apeldoorn doet eindelijk een goede daad. Een NSB-schoenwinkelier aan de Hoofdstraat heeft 2.000 paar schoenen clandestien gekocht. De politie legt op deze voorraad beslag en maakt proces-verbaal op. ‘s Middags wordt zijn hele winkel ten aanschouwe van het verheugde publiek helemaal leeggehaald. Deze man verkocht aan geen enkele burger schoenen. Ook niet op de bon maar wel aan de Duitsers.
Gebruikte bronnen: Apeldoorn en de Oorlog