Special: De uitrusting van een
Uniformen
Fotografie: MilitariaPlaza
Feldbluse M43
De Wehrmacht M43 Uniformjas (Feldbluse M43). Hier afgebeeld met een een M36 kraag. Dit werd vaak gedaan door de oudere Duitse soldaten, die al enige strijd hadden geleverd en waarvan hun originele M36 was versleten, maar ze nog wel de donkere kraag van wilden behouden. Dit was een soort van statussymbool. De M43 uniformjas was het laatste model uit de lijn uniformen vanaf de M33 uniformjas welke opgevolgd werd door de M36, de M40 en M42 uniformjas. In het M43 model uniformjassen zijn de losse draagbanden voor de koppel vervangen voor korte banden. Deze jas is vervaardigd uit een laat-oorlogse donker-groene rayon. De uniformjas heeft een sluiting met 6 knopen. De uniformjas heeft vier gladde zakken. Veel van deze uniformen werden geproduceerd met een vereenvoudigde of zelfs geen voering.
Omkeerbare ‘Sumpftarn’ Camouflage Parka
De Wehrmacht omkeerbare ‘Sumpftarn’ camouflage winter parka. Dit camouflage patroon heette het ‘Sumpftarnmuster’ (moeras camouflage). De winter parka’s waren een standaard stuk uitrusting en werden aan alle soldaten en onderofficieren uitgereikt voor het winterseizoen.
Fotografie: MilitariaPlaza
Schoeisel
Fotografie: MilitariaPlaza
Schnürschuhe
Vanaf 1937 werd elke rekruut een paar enkel-hoogte werkschoenen gegeven voor de basisopleiding. Beginnend in 1940 werd het leger niet meer standaard laarzen gegeven. Canvas beenkappen of Gamaschen werden uitgegeven voor dit doel. Vanaf 1941 werden Schnürschuhe goedgekeurd voor gevechtseenheden, en het enige schoeisel uitgegeven aan nieuwe rekruten.
Marschstiefel
De kuitenhoge laars was het traditionele schoeisel van de Duitse soldaat, al generaties lang. De Wehrmacht laars was weinig anders dan die van de Eerste Wereldoorlog: gemaakt van bruin leer (zwart van de verf), met spijkerschoenen lederen zolen en hakken-ijzers. De broeken werden in de laarzen gedragen. Oorspronkelijk 35-39 cm lang, maar de laarzen werden ingekort tot 32-35 cm in 1939 om leer te besparen. In 1940 werd leer steeds schaarser en werden de laarzen alleen uitgegeven aan de vechtende eenheden en in 1941 werden laarzen niet meer uitgegeven aan nieuwe rekruten. Tegen het eind van 1943 was de productie van kaplaarzen helemaal opgehouden.
Fotografie: MilitariaPlaza
Veld Uitrusting
Fotografie: MilitariaPlaza
Zeltbahn 31
Het Wehrmacht Tentzeil (Zeltbahn 31). Het Duitse tentzeil was bedoeld om met 4 personen een tent voor 4 personen te vormen. Andere functies waren het gebruik als poncho tegen de regen of als camouflage tijdens een gevecht. Het tentzeil is standaard uitrusting van gewoven katoen in de standaard splinter camouflage. Lichte kleuren aan de ene zijde en donkere kleuren op de andere. In 1931 kwam een opvolger voor het vierkante model. Dit model werd genoemd Zeltbahn 31 of M31 en is ook bekend onder de benaming Warei Zeltbahn waarbij Warei staat voor Walter Reichert, één van de eerste Zeltbahnproducenten. De Zeltbahn Warei was waterbestendig en had 60 magnesium knopen (30 aan elke zijde), 30 versterkte knoopsgaten (om verschillende Zeltbahnen aan elkaar te koppelen) en 9 metalen ogen om de tentpinnen door te steken. Later in de Tweede Wereldoorlog werden economische besparingsregels ingevoerd waarbij de magnesium knopen vervangen werden door versies uit ijzer, messing of zink en de 9 metalen tentogen werden gereduceerd tot 5 stuks. Een Zeltbahnkit bevatte een 2 m x 4 mm koord Model (M1892 – Zeltleine), een driedelige tentstok (M1901 – Zeltstock) en twee haringen (tentverankeringspennen) (M1929 – Zeltpflöcke). Al deze accessoires werden gedragen in een tentzak (Zeltzubehörtasche) of wanneer deze niet aanwezig was hielden twee lederen riemen de Zeltbahn op de rug.
Kochgeschirr
Het ‘Kochgeschirr 31’ werd ingesteld op 23 maart 1931. De Duitse Mess kit (Essgeschirr) werd ontworpen in 1908. Oorspronkelijk was de basis twee liter, verdeeld in 1/4 secties, en de deksel die had ook nog 1/4. Dit model verving de 1850 Kochgeschirr. De nieuwe 1908 Essgeschirr is gemaakt van aluminium en niet ontworpen om te worden gekookt, maar voor voedsel gedistribueerd uit de veldkeukens. De vroege modellen uit 1908 werden geschilderd in een speciale mat zwarte kleur. In het jaar 1910 werden verbeteringen aangebracht in de handgreep, die niet langer is gemaakt van aluminium, maar van gegalvaniseerd ijzer. Het 1908 model was in de productie tot aan het jaar 1940. In het jaar 1931 werd de Reichswehr veranderde de Mess kit door het maken van de bodem kleiner, met slechts 3/4 liter. Met slechts zeer kleine veranderingen dit model bleef in dienst bij het Duitse leger zelfs tot na de Tweede Wereldoorlog.
Fotografie: MilitariaPlaza
Fotografie: MilitariaPlaza
Seitengewehr 98
Rond 1905 zagen de Duitsers in dat sommige troepen een korte bajonet nodig hadden. De bestaande modellen als S98 en S98/05 zouden machinegeweer- en fietstroepen enkel hinderen. De S71/84 had een oplossing kunnen bieden, ware het niet dat die bajonet niet geplaatst kon worden op het Gewehr 98, het toenmalige standaardgeweer van het Duitse leger. De eerste exemplaren werden simpelweg gemaakt van S71/84. Hiervan werd de pareerstang weggeslepen en een andere pommel opgezet. Het handvat is een kruising tussen dat van de S71/84 (vooral de vorm van de houten grepen) en de S98 (ter hoogte van de pommel). In 1915 begon men met het produceren van volledig uit nieuwe onderdelen bestaande exemplaren. Die kregen de beschrijving S84/98 neuer Art (n.A.) mee, alle voordien gemaakte S84/98 werden vanaf toen alter Art genoemd. Er is van de S84/98 neuer Art ook een versie met zaagtand.
Brotbeutel 31
Wehrmacht Heer broodzak Model 1931 (Brotbeutel 31). Broodzakken werden gebruikt door bijna alle Duitse militaire en niet-militarie organisaties, daardoor bestaan er vele variaties en kleuren. De broodzak werd gedragen aan de koppel aan de rechterzijde op de rug. Dit is een zak die werd gebruikt voor het opslaan van voorzieningen, tabak, veldpost en andere persoonlijke spullen. De D-ringen en lederen riemen op de zak worden gebruikt voor het hechten van kookgerei en de veldfles. In aanvulling daarop kan een schouderband worden bevestigd. Gebaseerd op de Reichswehr 1931 “knapzak 31” werd later aangepast met name in de uitrusting van de strijdkrachten.
Fotografie: MilitariaPlaza
Fotografie: MilitariaPlaza
Feldflasche 31 und Trinkbecher
De M31 Veldfles met beker (Feldflasche 31 und Trinkbecher). Standaard uitrusting, Model 1931 veldfles, ingesteld op 23 maart 1931. De standaard fles had een 0,8 liter aluminium fles, met een zwart gelakt aluminium drinkbeker (Trinkbecher). De viltbekleding was bestemd voor isolatie (wanneer natgemaakt koeld de inhoud van de fles).
Gasmaske M30 und Blechbüchse M30
De M30 Gasmasker met bus (Gasmaske M30 mit Blechbüchse M30) met een setje Klarscheiben. Al het Duitse legerpersoneel werd uitgerust met een gasmasker in bus en accessoires en moest het ten alle tijde paraat hebben. Angst voor een gasaanval zorgde ervoor dat het gasmasker in bus gedurende de oorlog een constante metgezel van iedere Duitse soldaat is geweest. Het M30 gasmasker werd geproduceerd van een verubberd canvas met metalen onderdelen en het M38 gasmasker werd geproduceerd van compleet rubber, ook met metalen delen. Dit is een vroeg type M30 gasmasker compleet met zijn originele vroege ‘FE37’ type filter.
Fotografie: MilitariaPlaza
Fotografie: MilitariaPlaza
Patronentasche 11
De Patronentasche 11 bestond uit een drie ‘pocket’ ontwerp van ofwel glad of pebbled leer. In sommige gevallen, was er een vakverdeler in het midden van een vak. In totaal zou de Patronentasche 11 dertig 7.92mm Mauser patronen dragen. Ze hadden drie leren banden die op de bodem van de zak op metalen studs werden bevestigd. De leren banden op de rug van de Patronentasche werden dan weer om de standaard Duitse infanterie riem aangebracht. Voor gevechtsoperaties, werd de standaard Duitse schutter uitgerust met twee Patronentasche 11s voor een totaal van zestig stuks munitie. De kleur van de Patronentasche 11 gevarieerd, de meeste waarvan er bruin leer. Een beperkt aantal daarvan waren tan voor gevechten in Noord-Afrika. Echter, in juli 1943, werd een bevel uitgevaardigd dat gedicteerd dat alle Patronentasche 11 zakjes vanaf dat moment zwart te schilderen.
Koppel und Koppelschloß
WehrmachtKoppel met slot (Koppel und Koppelschloß). Een heel belangrijk stuk uitrusting, hierop werden de Y-Riem, Brotbeutel en de Patronentasche bevestigd. Op 24 Januari 1936 werd dit nieuwe model Manschappen koppelslot officieel geïntroduceerd en het verving het voorgaande Weimar periode Reichsheer koppelslot. Het basis design was onveranderd, enkel de toevoeging van de nieuwe Wehrmacht stijl nationale adelaar. Dit model koppelslot werd gedragen door de hele Derde Rijk periode heen met kleine variaties en kleurverschillen. De kleurverschillen werden bepaald door regelgeving, bij welke stijl uniform het gedragen werd.
Fotografie: MilitariaPlaza
Persoonlijke uitrusting
Fotografie: MilitariaPlaza
Wehrmacht Fettbuchse
Dit is een Wehrmacht ‘Fettbuchse’ (boterdoos). Deze doosjes behoorden tot de standaard uitrusting van elke front-soldaat en werden in de broodzak meegedragen. Er werd vaak boter of margarine in bewaart. De doos is makkelijk te openen door een kwartslag te draaien.
Erkennungsmarke
Het Duitse militaire identificatielabel – het equivalent van de geallieerde “dog-tag”. Dit was een metalen schijf met een perforatie lijn halverwege. Identieke informatie was boven en onder de perforatie te vinden. Deze gegevens bedroeg het volgende: het soldatennummer, bloedgroep, eenheid van de soldaat. De EKM werd gedragen met een ketting om de hals van de soldaat. Mocht een soldaat worden gedood in actie dan wer de tag gebroken in tweeën – de ene voor registratie en de andere helft (de kant met koord rond de nek van de soldaat) op te nemen met het lichaam voor identificatie.
Fotografie: MilitariaPlaza
Fotografie: MilitariaPlaza
Wehrmacht ‘Pocketlitter’
Duitse soldaten hadden vaak een hoop ‘pocket litter’. Kleine persoonlijke voorwerpen die werden bewaard in de brotbeutel. Dit was over het algemeen vaak kleine spullen zoals bijvoorbeeld een kam, een tandenborstel, ‘Solidox’ tandpasta, scheermesjes, sigaretten, lucifers, bonbons, koffie, zoetstof en een potlood. Deze spullen kwamen vaak uit de landen waar de Duitse soldaat op dat moment verbleef.
Gebruikte bronnen: Wikipedia, Militaria Plaza, Krijgsmacht.nl